30 research outputs found

    Archeologische Begeleiding Verbreding Huilbeek 2 EARTH Integrated Archaeology Rapporten 246

    No full text
    In opdracht van Waterschap Limburg heeft EARTH Integrated Archaeology in november 2022 een archeologisch onderzoek uitgevoerd aan de Huilbeek, gemeente Beesel. Het onderzoek is uitgevoerd door middel van een opgraving, variant archeologische begeleiding. De aanleiding voor het onderzoek is de geplande verbreding van de bestaande Huilbeek. Het plangebied ligt volgens de gemeentelijke archeologische beleidskaart van Beesel in een zone met enerzijds een lage verwachting voor de IJzertijd en Romeinse tijd, naast een hoge verwachting voor de Steen- en Bronstijd. Anderzijds geldt een hoge verwachting voor de Middeleeuwen en Nieuwe tijd. Volgens het vigerende bestemmingsplan ‘Buitengebied Beesel’ heeft het plangebied een dubbelbestemming ‘Waarde-archeologie’. Hier geldt dat archeologisch onderzoek noodzakelijkis bij bodemingrepen die dieper reiken dan 0,4 m –mv; ongeacht de oppervlakte. Het onderzoek heeft de resten van de gracht horende bij de schans aangetroffen. Daarbij zijn enkele vondsten gedocumenteerd die waarschijnlijk verband houden met de vroegere structuur (dijk en beschoeiing) of de demping. Het gaat hierbij met name om bouwkeramiek, natuursteen, hout, en enkele fragmenten aardewerk. De hoge verwachting voor de periode Late Middeleeuwen en Nieuwe tijd kan behouden blijven. Hierbij is sprake van een vindplaats uit de Nieuwe tijd (AMK-terrein 8685). Zowel de noordoostelijke als zuidoostelijk hoek van de gracht zijn met dit onderzoek vastgelegd. De gedocumenteerde gracht vormde de oostelijke grens van het terrein, dat in het westen – buiten de contouren van de huidige ontgraving – verder loopt. Gezien de beperkte diepte en van de ontgraving, circa 1 m -mv, kan geen uitspraak worden gedaan over de kans op het aantreffen van oudere perioden

    Heuvellaan 12 te Tienhoven Heuvellaan 12 te Tienhoven, Stichtse Vecht

    No full text
    Uit het bureauonderzoek is gebleken dat het grootste deel van het plangebied zich in een zone bevindt met een hoge archeologische verwachting op het aantreffen van resten van jagers-verzamelaars. Deze resten worden verwacht op een ondiep onder maaiveld liggend begraven dekzandlandschap. Uit het verkennend booronderzoek is inderdaad gebleken dat in vrijwel het gehele plangebied een (vrijwel) intact dekzandlandschap binnen een meter onder maaiveld aanwezig is

    Valkenburg Nieuweweg-Reinaldstraat Nieuweweg-Reinaldstraat te Valkenburg

    No full text
    In opdracht van Swentibold Projectontwikkeling heeft EARTH Integrated Archaeology in de periode januari – februari 2019 een archeologisch onderzoek uitgevoerd op de locatie Nieuweweg-Reinaldstraat in Valkenburg aan de Geul. Hier zijn twee proefsleuven onderzocht onder SIKB BRL4000 protocol 4003 IVO-P. De aanleiding voor dit onderzoek is de geplande nieuwbouw en de bouw van parkeergarages op dit terrein. Binnen het plangebied zijn slechts één archeologisch spoor en vier vondsten aangetroffen. Aangezien het plangebied op een helling ligt welke zeer onderhevig is geweest aan erosie (verspoelingen), is er weinig archeologische informatie bewaard gebleven. Gezien de mate van erosie van het oorspronkelijke löss oppervlak en het ontbreken van de A en B horizonten in de löss, kan er vanuit worden gegaan dat in de löss geen archeologische resten en/of een behoudenswaardige vindplaats meer verwacht mogen worden. Derhalve wordt geadviseerd om voor de nieuwbouw van het huidige plangebied geen vervolgonderzoek te verrichten

    Cuijk Zwijssenstraat 2019-060 Eindrapportage

    No full text
    In opdracht van Aeres Milieu B.V. heeft EARTH Integrated Archaeology in juni 2019 archeologisch onderzoek uitgevoerd. Op de locatie aan de Mgr. Zwijssenstraat zijn drie proefsleuven onderzocht onder SIKB BRL4000 protocol 4003 IVO-P. De aanleiding voor dit onderzoek zijn de geplande maar nog ongedefinieerde toekomstplannen voor dit terrein. Het archeologisch onderzoek wordt juist nu uitgevoerd om onverwachte vertragingen later in het proces te voorkomen. Hoofddoel van dit inventariserend veldonderzoek middels proefsleuven (IVO-P) is het karteren van archeologische fenomenen evenals het documenteren en bergen van mogelijk aanwezige archeologische vondsten. Hierbij wordt gekeken naar de inhoudelijke en fysieke kwaliteit van de locatie (aard, ouderdom, omvang, gaafheid, conservering). Daarnaast is het documenteren van de bodemopbouw in het plangebied van belang

    Fort aan de Bovensluis Fort aan de Bovensluis, Willemstad, Gemeente Moerdijk

    No full text
    In opdracht van Mulderblauw Architecten B.V. heeft EARTH Integrated Archaeology B.V. in de periode juni 2021 – juli 2022 een archeologisch bureauonderzoek en in meerdere fasen een verkennend archeologisch booronderzoek (IVO-O) uitgevoerd in een plangebied dat camping Fort aan de Bovensluis te Willemstad en een aangrenzende akker omvat. Het doel van een inventariserend veldonderzoek (IVO-O) verkennende fase is om vast te stellen of de gespecificeerde verwachting op basis van het bureauonderzoek klopt en om eventueel de verwachting op basis van het booronderzoek bij te stellen. Op basis van het verkennend booronderzoek en het eerder uitgevoerde bureauonderzoek adviseert EARTH om in de delen van het plangebied waar binnen 2 meter onder maaiveld veen aanwezig is, de geplande bodemingrepen te beperken tot maximaal 1 meter onder maaiveld. In de overige delen van het plangebied bevindt het veen zich dieper dan 250 cm onder maaiveld, hiervoor geldt dat bodemingrepen tot 2 meter onder maaiveld uitgevoerd kunnen worden. Het verkennend booronderzoek heeft geen aanvullende informatie opgeleverd over de hoge archeologische verwachting voor de Nieuwe Tijd (het voormalige fort in het noordwesten van het plangebied en een oude molen en later stoomgemaal in het zuidwesten van het plangebied). Voor de delen van het plangebied handhaaft EARTH het advies zoals dat reeds in het bureauonderzoek is geformuleerd: EARTH adviseert wat betreft deze bouwwerken uit de Nieuwe Tijd om een aanvullend archief- en historisch geografisch onderzoek uit te voeren naar de geschiedenis van deze bouwwerken. Dit onderzoek dient meer inzicht te geven in de geschiedenis van de bouwwerken zelf, maar ook in de exacte locatie, omvang en diepteligging. Het pleistocene oppervlak vormt geen archeologisch risico. Het deel van plangebied waar heipalen tot in de top van deze pleistocene sediment voorzien zijn, valt echter wel binnen de risicozone van het (voormalige) fort. Voor de overige delen van het plangebied adviseert EARTH vrijgave voor verdere ontwikkeling

    Onderstation Waarder Inventariserend Veldonderzoek door middel van boringen Documentatie OM4858919100\EARTH_4858919100_Eindrapportage_OS015

    No full text
    Op basis van het uitgevoerde verkennend booronderzoek (4858919100) en karterend booronderzoek (4873158100) kan worden geconcludeerd dat in het plangebied op een diepte van ruim 6 meter onder maaiveld een vermoedelijk laat-pleistoceen fluviatiel en eolisch landschap aanwezig is. Het betreft hier een terrasniveau dat is afgedekt met eolische afzettingen, bestaande uit dekzand of rivierduinen. Aan de top van dit sediment heeft bodemvorming in de vorm van humusaanrijking plaatsgevonden. In de boringen zijn geen aanwijzingen aangetroffen voor erosie van dit landschap. Vanwege de aanwezigheid van een begraven eolisch landschap in het gehele plangebied, is de kans aanwezig dat zich hierin archeologische resten uit de periode Mesolithicum-Neolithicum bevinden. Derhalve is een karterend booronderzoek uitgevoerd teneinde te onderzoeken of zich in dit niveau archeologische resten/indicatoren bevinden. Hieruit is gebleken dat in twee boringen stukjes verbrand bot aanwezig zijn, welke mogelijk een indicatie zijn voor menselijke activiteiten. Hierboven bevindt zich een dik pakket veen, bestaande uit voornamelijk rietveen en bosveen (veel resten van wilg en els). In het veenpakket komen enkele dunne kleilaagjes voor, welke vermoedelijk overstromingssedimenten van de Oude Rijn betreffen. De top van het bodemprofiel in het plangebied bestaat uit komafzettingen van de Oude Rijn. In het veenpakket is in boring 1 op 3 meter onder maaiveld een antropogeen bewerkt stukje hout aangetroffen, meer specifiek betreft dit een aangepunt staakje van elzenhout. Het stukje hout heeft een laat-neolithische ouderdom (3969 ± 29 BP). Mogelijk betreft het hier een stukje hout dat onderdeel heeft uitgemaakt van een visweer of visfuiksysteem

    Goudplevierhof, Almere Oosterwold 2. Eindrapport Almere Goudplevierhof 2022-028

    No full text
    In opdracht van Merax Holding B.V. heeft EARTH Integrated Archaeology B.V. in mei 2022 een verkennend booronderzoek (IVO-O) uitgevoerd op de locatie Goudplevierhof te Almere Hout. Aanleiding voor het onderzoek is de geplande herinrichting van het plangebied, in de vorm van de bouw van nieuwe woonhuizen. Het plangebied is een gewaardeerd AMK-terrein (AMK-nr: 12435) van hoge archeologische waarde door de nabijheid van vroeg Neolithische vindplaatsen. Binnen het vigerende bestemmingsplan ligt het plangebied binnen een zone met waarde 1: hoge verwachting. Hiervoor geldt dat archeologisch onderzoek vereist is bij bodemingrepen die dieper reiken dan 1.5 m -mv in een plangebied groter dan 500 m2. Op basis van de verkennende boringen is gebleken dat in het plangebied een begraven en grotendeels intact dekzandlandschap aanwezig is. Aangezien dit dekzandlandschap niet of slechts in beperkte mate is afgetopt, kan het kansrijk zijn voor het aantreffen van archeologische resten. Echter vanwege de kleine omvang van het plangebied verkiest het Bevoegd Gezag kennisontwikkeling rond de Holocene sedimenten boven een verdere afbakening van de vondstplaatsen in het dekzand. De afzettingen die vallen onder het laagpakket van Wormer laten geen aanwijzingen zien voorrijping, en zijn dus in te natte omstandigheden afgezet om een stabiel en bewoonbaar niveau te bevatten. Dit geldt ook voor de Flevomeer, Almere en Zuiderzee laagpakketten. Afzettingen die tot het Hauwert complex behoren zijn niet aangetroffen. Over de interpretatie van het milieu waarin de veenlagen zijn onstaan en de mogelijkheden die dit geboden heeft voor bewoning en/of gebruik door de mens bestaat enige verwarring omdat in de sediment classificatie veen en humusrijke kleiig sediment erg dicht bij elkaar liggen. Het betreft dan met name sedimenten die in het veld vaak als Vk3 (sterk kleiig veen) worden geclassificeerd, maar conform de classificatie ook als sterk humeuze klei beschreven kunnen worden. Dit is momenteel actueel, omdat er gewerkt wordt met de hypothese dat gedurende het midden-laat Neolithicum mogelijk sprake is geweest van veenkussens die door ontwatering mogelijkheden tot bewoning hebben geboden. Om meer duidelijkheid te creëren over de juiste classificatie van het sediment als veen dan wel humusrijk klastisch sediment, adviseert EARTH om nader onderzoek te verrichten naar de veenlagen. Een laboratoriumanalyse van korrelgrootte en humus- en kalkgehalte en een determinatie van macroscopische plantenresten kan inzicht geven in precieze classificatie en (als er sprake is van veen) het veentype van de betreffende lagen. Om meer duidelijkheid te creëren over de juiste classificatie van het sediment als veen dan wel humusrijk klastisch sediment, heeft EARTH nader onderzoek verricht naar de veenlagen. Een laboratoriumanalyse van korrelgrootte en humus- en kalkgehalte en een determinatie van macroscopische plantenresten kan inzicht geven in precieze classificatie en (als er sprake is van veen) het veentype van de betreffende lagen. Daartoe zullen in het plangebied drie mechanische aqualockboringen (diameter 10 cm) worden geplaatst welke in het geheel in monstergootjes worden bemonsterd. In het laboratorium van EARTH zullen vervolgens monsters van veenlagen worden genomen welke geanalyseerd zullen worden op textuur, humus en kalkgehalte en macroscopische determineerbare plantenresten

    150kV-Zaltbommel Wamel 2018-091 Stoomgemaal Eindrapport

    No full text
    Binnen het plangebied (werkput 3) is een complex met muurwerk, machinekamers en watergangen aangetroffen die nader dient te worden uitgewerkt. De vooraf opgestelde archeologische verwachting is als correct bevonden, waarbij er archeologische resten werden verwacht in de vorm van een stoomgemaal en geassocieerde vondsten uit de Nieuwe Tijd. Vooraf is vastgesteld dat het behoud in situ niet mogelijk was, derhalve is er besloten tot het behoud ex-situ d.m.v. opgraven en een volledige uitwerking van de archeologische en bouwhistorische onderzoeksresultaten

    IVO-P Moleneind Loenen 2021-018 Eindrapport Moleneind, Loenen

    No full text
    In juni 2021 is het EARTH-project 2021-018 "Moleneind, Loenen a/d Vecht" afgerond. Tijdens een archeologische opgraving zijn drie putten aangelegd, alle ca. 3 bij 2,5 m. De putten, sporen en vondsten zijn gedocumenteerd en gedigitaliseerd. In totaal zijn er 9 vondstnummers uitgeschreven en vijf spoornummers uitgedeeld. Het merendeel van de sporen en vondsten wordt gedateerd in de Nieuwe Tijd (17e - 19e eeuw)

    Kesteren Casterhoven Kesteren Casterhoven, archeologisch onderzoek door middel van proefsleuven (IVO-P)

    No full text
    In opdracht van Kesteren Zuid C.V. heeft EARTH Integrated Archaeology in juli 2019 archeologisch onderzoek uitgevoerd. Op de locatie ten westen van de hoofdstraat en ten oosten van de Cuneraweg (N233) zijn negen proefsleuven onderzocht onder SIKB BRL4000 protocol 4003 IVO-P. De aanleiding voor dit onderzoek is de geplande nieuwbouw voor dit terrein. Het doel van het inventariserend onderzoek d.m.v. proefsleuven, is om het terrein systematisch te onderzoeken op de aanwezigheid van vondsten, sporen en archeologische vindplaatsen, en - in het geval vindplaatsen worden aangetroffen - deze te documenteren en de aangetroffen materialen veilig te stellen. Daarnaast is het van belang om de aard, omvang, datering, gaafheid, conservering en inhoudelijke kwaliteit van de eventuele archeologische resten vast te stellen (waardering)
    corecore